Helaas hinkte het plan van wethouder Elfferich op twee gedachten: de noodzaak voor beter groenbeheer wordt onderkend en er is een goede analyse wat er daarvoor moet gebeuren, maar het budget is te klein. Daardoor is er alleen beheer op basisniveau mogelijk. Er is dus weinig ruimte om goed boom- en struikonderhoud te doen en weinig geld om zieke bomen te vervangen. De kans is groot dat biodiverse planten en bloemen dan verdrongen worden door minder biodiverse grassen en struiken.

Het zogenaamde ‘klepelmaaien’ in opdracht van de gemeente is niet goed voor de biodiversiteit. Een klepelmaaier hakselt de vegetatie fijn. De verhakselde plantenresten blijven liggen om in de berm en de plantsoenen te composteren. Dit leidt tot een toename van de voedselrijkdom van de bodem, waardoor er uiteindelijk alleen nog plek is voor grassen en ruigteplanten als Grote brandnetel en Fluitenkruid. Minder maaien is beter, maar dan moet je het maaisel ook opruimen. En dat kost geld.

Toch zitten er ook veel goede elementen in zoals het beheerplan. Maar GroenLinks mist een lange termijnvisie en heeft meer zekerheid nodig, zodat de komende jaren de biodiversiteit niet achteruit gaat.
Daarom dienden we in de raad van 25 november een amendement in, waarin we stellen dat het beleidsplan groenbeheer 2021 eigenlijk meer een beheerplan dan een beleidsplan is en eerder een startdocument dan een visie voor de toekomst. Dit amendement werd alleen gesteund door de PvdA. De rest van de raad wil nu geen cent extra uitgeven.

D66 verschuift de discussie naar de Omgevingsvisie waarin ook een visie op het buitengebied en Het Twiske thuishoort. De discussie over het beheerniveau verschuift de raad naar de volgende besprekingen over het financiële perspectief van de gemeente.

GroenLinks mist kortom de ambitie in de raad voor meer natuurlijk, ecologisch beheer op de korte termijn en mist garanties voor de lange termijn. Daarvoor geeft de raad onvoldoende budget vrij terwijl er ook capaciteit- en kennisgebrek is.